Zomer 2019 – Denemarken

Gisteren (maandag) reden we van Svendrop naar de hoofdstad van Denemarken: Kopenhagen. De reis verliep probleemloos, het was enkel schrikken toen we de tol moesten betalen na de brug die het eiland Fyn verbindt met Saelland: 50 euro voor 18km brug!Aangekomen op de overvolle camperplaats, maakten we een wandeling door een dichtbijgelegen park en naar de zee. Daarna begon het te regenen dus brachten we de rest van de dag in de camper door.

Vanochtend moesten we een beetje geduld hebben, want om 11u moesten we op een andere plaats gaan staan op de camping. Plekje 119 met zicht op zee werd onze nieuwe stek. Nog voor 12u sprongen we op de fiets en reden naar Troense, een oud vissersdorpje *geeuw*Daarna fietsten we verder naar Valdemars Slot, een zeer mooi kasteel. Het werd oorspronkelijk gebouwd door Koning Christian IV voor zijn zoon. Toen de zoon op jonge leeftijd stierf, werd het kasteel met het eiland waar we nu op verblijven gekocht door admiraal Juel. Het geld ervoor had hij verdiend door een zeeslag te winnen met het Deense leger. Sindsdien is het kasteel in handen van nazaten van de familie Juel.In het kasteel, dat nog bewoond is, kan je vrij rondlopen. Alle kamers zijn even mooi, hangen vol kunstwerken en op zolder staan zelfs honderden opgezette dieren als jachttrofeeën. Leeuwen, luipaarden, neushoorns, ijsberen, noem maar op.

We fietsten terug naar de camping en brachten de late namiddag daar door. We lazen wat, gingen de konijntjes op de camping voederen en aten pannekoeken in de camper.

Laatste douche op de camping en morgen vertrekken we naar Kopenhagen. En het belooft mooi weer te worden 😁

Vandaag waren we eindelijk eens vroeg op, 7u30 ging de wekker. Mama ging broodjes halen en al voor 10u parkeerden we de camper aan de haven van Skagen.

Skagen is blijkbaar een toeristische trekpleister, eindelijk was er eens wat volk op de been. Een mooi winkelstraatje, een grote haven en natuurlijk het strand. Maar wat Skagen echt speciaal maakt is het plekje ‘Grenen’, het meest noordelijke punt van Denemarken waar de Noordzee en de Oostzee samenkomen.

En blijkbaar komen hier ook alle Denen samen: het was drummen om op dat verste puntje in de zee te staan.

Het was wel de trip waard, het is een vreemd zicht om de golven van de Noordzee van het Westen te zien komen terwijl de golven van de Oostzee erop inbeuken vanuit het oosten.

We aten aan zeer democratische prijzen in een Italiaans restaurant (300 DKK voor drie pizza’s en drie drankjes, ongeveer 40 Euro). Rond 13u30 vertrokken we onder een zwaar betrokken hemel richting Svendborg, meer zuidelijk gelegen (400km meer zuidelijk en 8 graden warmer). Er was nog één plekje vrij op de camping, dus we staan weer veilig voor een nacht of twee.